Direct naar inhoud

Enecojubelstemming

Geplaatst in sectie:
Geschreven door:
Gepubliceerd op: 27 november 2019

Het is nu al een cliché. De vlag gaat uit in veel gemeenten, in het bijzonder Den Haag, Rotterdam en Dordrecht vanwege de -in ieder geval financieel gezien- succesvolle verkoop van Eneco. Wat te doen met dat geld?

Waar het gaat om de energietransitie, zijn een aantal dingen cruciaal:

1. Leer van het verleden.

2. Kijk naar de mechanismen die markten in beweging brengen.

3. Laat banken beter hun werk doen.

Jan-Coen van Elburg. (Bron: JCVE)

Een gemeente is niet in de wieg gelegd voor actieve op winst gerichte bedrijfsvoering, zo leert de praktijk rondom Warmtebedrijf Rotterdam en het Amsterdamse afvalenergiebedrijf AEB (maar ook talloze ‘kleinere’ voorbeelden). Aandeelhouderschap op afstand kan nagestreefd worden indien hier een duidelijk publiek belang mee is gemoeid. Maar zelf achter de knoppen zitten op de voor- of achtergrond gaat niet goed. Dus: de roep om een nieuw op te zetten eigen energiebedrijf kan niet snel genoeg verstommen.

Wortel zonder stok

Een gemeente is ook geen effectieve subsidiemolen voor grote bedrijven. Voor je het weet richt de bedrijfsvoering zich op de subsidievoorwaarden, in plaats van op de totstandkoming van een goed project. Bij een project wat staat of valt met een enorme subsidie van de overheid, zoals de geschiedenis rond het CO2-afvang en -opslagproject Road in de Rotterdamse haven leert, komen alle nadelen van subsidiegedreven gedrag naar boven: matige onderbouwing, geen echte toewijding, eindeloze vertragingen, en het afwentelen van risico’s op de belastingbetaler.

Het ergste wat er in Rotterdam –met een nieuw zogenaamd ‘Rotterdams klimaatakkoord’ in de hand– kan gebeuren is dat er naar gemeente (en Rijk) wordt gekeken om een zak met geld tevoorschijn te halen om deze over de ‘onrendabele top’ uit te storten. Een wortel zonder stok levert een discussie op over wat onrendabel is, in plaats van wat er moet gebeuren om ‘Parijs’ te halen.

Marktpartijen, zoals banken en ontwikkelaars, zijn of zouden in de basis in staat moeten worden geacht de energietransitie te financieren. Wind en zon zijn rendabel, vastgoed zonder energielabel verliest zelfs zijn waarde, institutionele investeerders zijn naarstig op zoek naar verduurzaming van de portefeuille. Zoek naar een complementaire rol en niet naar een vervangende rol.

Hefboom

Is er reden de energietransitie dan links te laten liggen? Nee, integendeel. Richt een fonds op, en zet het beheer op afstand van de gemeente. Laat dat fonds in energietransitieprojecten investeren waarmee een hefboom wordt gerealiseerd voor bedrijfsmatige en bancaire investeringen.

Een praktijk die in een aantal provincies sinds 2013-14 al behoorlijk goed werkt. Een compleet overzicht van Nederlandse publieke energiefondsen is terug te vinden op de website refs.nu. Ik haal er een aantal succesvolle elementen uit:

• In Limburg staat een energiefonds dat door co-financiering van de Europese Investeringsbank grotere investeringen realiseren.

• In Utrecht is een stadsfonds en een provinciefonds i.o. succesvol samengevoegd, met op de achtergrond een co-financiering van de Bank Nederlandse Gemeenten.

• In Friesland is een fonds vormgegeven dat het vermogen bevat om extra risico’s aan te gaan zonder dat dit ten koste gaat van een financieel solide portefeuille.

Daar kan lering uit getrokken worden, zeker in Zuid-Holland, waar politieke sturing nog de bovenhand heeft. Stuur in plaats daarvan op maatschappelijk en financieel rendement en een eerlijke verdeling van dat rendement en de kosten en (ontwikkel-)risico’s. Maar wel op afstand, stel een professioneel beheer in. Betrek co-financiers aan publieke zijde (InvestNL, Europese investeringsbank) om meer slagkracht te krijgen. Maak voldoende rendement om uit de kosten te komen en risico’s te kunnen dragen -niet meer dan dat. Indien het fonds bewerkstelligt dat 49% CO2-reductie in de regio realiteit wordt, zonder dat dit ten koste gaat van de belastingbetaler of het innoverend vermogen van bedrijven, dan kan iedereen in jubelstemming komen.

Jan-Coen is werkzaam bij Rebel en schrijft deze columns op persoonlijke titel.