Direct naar inhoud

Noord-Holland brengt energieplannen bijeen en maakt plan van aanpak voor infrastructuur

Geplaatst in genre: Geplaatst in sectie:
Geschreven door:
Gepubliceerd op: 11 november 2020

De strategieën, systeemstudies en structuurvisies buitelen over elkaar heen in de energietransitie. De provincie Noord-Holland wil met een plan van aanpak nu de uitvoering in gang zetten. Netbeheerder Alliander is enthousiast. “Als we dit plan eerder hadden gehad, hadden we misschien knelpunten als de Haarlemmermeer kunnen voorkomen”, zegt Daan Schut, Chief Transition Officer.

De komende jaren moet het hele energiesysteem van elektriciteit, gas en warmte op de schop, en over van fossiele naar duurzame varianten. Daarvoor zijn allerlei plannen gemaakt. Alleen al in Noord-Holland wordt gewerkt aan twee Regionale Energiestrategieën (eentje voor Noord-Holland Noord en eentje voor Noord-Holland Zuid), aan een Cluster Energiestrategie (voor het industriële cluster rondom de IJmond), en er ligt een systeemstudie energie-infrastructuur. Dan zijn er nationale plannen waar Noord-Holland deel vanuit maakt, zoals het Nationaal Actieplan Laadinfrastructuur en een Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat. “En daar komt de woningbouw nog bij, die staat los van de energietransitie maar vraagt wel energieinfrastructuur”, telt gedeputeerde Edward Stigter (klimaat en energie, GroenLinks) op zijn vingers.

Edward Stigter, Gedeputeerde Noord-Holland (energie en klimaat, GroenLinks). (Bron: Provincie Noord-Holland)

Maar door alle plannen raakt het overzicht van de benodigde infrastructuur een beetje kwijt. En daar is het nu gepubliceerde plan van aanpak voor bedoeld, legt Stigter uit. Elk van die strategieën kijkt vanuit de eigen opgave naar de infrastructuur. “We leggen die infrastructuur niet aan voor de RES of de CES of voor de woningbouw. Voor elk van die opgaven gebruiken we dezelfde infrastructuur”, zegt de gedeputeerde. “Wij brengen vanuit de integraliteit alles bij elkaar om de uitvoering te versnellen.” Hij vergelijkt het met de plannen voor het Programma Energie Hoofdstructuur die het ministerie van Economische Zaken en Klimaat aan het ontwikkelen is. “Dit is de regionale variant daarvan.” De rol van de provincie is om het overzicht te bewaren en de partijen bij elkaar te brengen, zodat gezamenlijk de beste koers kan worden uitgestippeld.

Netbeheerderskosten

“We doorbreken daarmee het kip-ei-probleem van netbeheerders en bedrijven”, aldus Stigter. Hij doelt er daarmee op dat netbeheerders pas infrastructuur aanleggen als daar vraag naar is, en dat bedrijven pas plannen maken om over te stappen op andere energievoorziening als daar infrastructuur voor is. Chief Transition Officer Daan Schut van Alliander bevestigt dat de tijd dat een netbeheerder wachtte op concrete initiatieven voor werd begonnen aan de aanleg van nieuwe stations en kabels voorbij is. “De bulk werk is zo groot, dat gaat niet werken op die manier. In Noord-Holland specifiek raakt, als we niks doen, de komende jaren 50% van de infrastructuur overbelast.”

Daan Schut, Chief Transition Officer Alliander. (Bron: Alliander)

Als straks de plannen uit bijvoorbeeld de RES’en en de CES’en concreet zijn, kan een netbeheerder al aan de slag met investeringen, zegt Schut. Dan is bekend waar de zoekgebieden voor bijvoorbeeld wind- en zonneparken komen, en hoe de industrie van plan is te verduurzamen. “Met een RES hebben we voor de komende negen jaar inzichtelijk wat er gaat komen en kunnen we proactief infrastructuur gaan bouwen.”

Een belangrijk knelpunt zat altijd in de wijze van tariefbepaling. Die streeft een efficiënte besteding van uitgaven na. Dat had altijd tot gevolg dat er pas werd geïnvesteerd als er een daadwerkelijke klantvraag lag, maar voor de energietransitie is proactief investeren nodig. Aangezien alle netbeheerders zich voor dezelfde opgave gesteld zien, is dat volgens Schut geen grote belemmering meer.

Taskforce

De eerste stap in het plan van aanpak is een taskforce. Nee, geen nieuwe overlegtafel, bezweert Stigter, maar een groep waar gemeenten, provincie en netbeheerders met elkaar uitpuzzelen welke transformatorstations op korte termijn moeten worden gebouwd en waar die dan kunnen worden geplaatst. Want de netbeheerder moet weliswaar voor de aanleg van de infrastructuur zorgen, maar de gemeente of de provincie zijn verantwoordelijk voor de benodigde ruimtelijke inpassing en vergunningen.

Zo loopt de bouw van een transformatorstation in de Haarlemmermeer nu al jaren vertraging op, vanwege discussie over de locatie om het station te bouwen. De nood aan capaciteit liep uiteindelijk zo hoog op dat netbeheerder Liander toestemming kreeg om de storingsreserve van het onderstation in te zetten voor extra transportcapaciteit.

De energietransitie verandert het energieverbruik van woningen, industrie en mobiliteit. Dat heeft grote consequenties voor de infrastructuur die nodig is om de energie te transporteren. (Foto: Robin Utrecht/ANP)

Versnippering

“Hoe ik het zie, is dat ik had gewild dat we deze taskforce vijf jaar eerder hadden gehad”, zegt Alliander-CTO Schut. “Dan hadden we misschien de problemen in de Haarlemmermeer kunnen voorkomen.” Hij denkt niet dat de taskforce zal helpen om het knelpunt in de Haarlemmermeer vlot te trekken: “De verwachting is dat dat eerder is opgelost dan dat de taskforce in de lucht is.”

Maar toekomstige knelpunten worden hopelijk voorkomen, nu de betrokkenen samen om tafel zitten om het geheel van de plannen en de infrastructuur te bekijken, en gezamenlijk te beslissen welk stukje infra wanneer aan de beurt is. “Wat je zag is dat wij, gemeenten, netbeheerder, vaak per project keken wat er moest gebeuren. Het werd heel versnipperd aangepakt. Deze aanpak zorgt voor integraliteit in plaats van versnippering”, legt Schut uit. De netbeheerder zorgt voor de aanleg, maar zoekt in overleg met de overheden naar locaties. “Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid, waarin ieder natuurlijk zijn eigen taken te doen heeft.” In Amsterdam wordt al tot tevredenheid gewerkt met een dergelijke aanpak, aldus Schut. Hij is blij dat de provincie die wijze van samenwerken nu ook voor heel Noord-Holland wil inzetten.

Die blijdschap wordt gedeeld aan provinciale zijde: “Ik ben blij dat de netbeheerders aan tafel zitten”, zegt Stigter. “We kunnen veel eerder dan voorheen aangeven waar problemen zijn, waar mogelijkheden zijn. Vroeger maakten we een plan en dan zei de netbeheerder soms ‘dat kan helemaal niet’. Nu brengen we alles in een vroeg stadium bij elkaar. Dat klinkt vanzelfsprekend, maar in de praktijk gebeurt het tot nu toe niet.”