Direct naar inhoud

Je gaat het pas zien als je het door hebt

Geplaatst in genre: Geplaatst in sectie:
Geschreven door:
Gepubliceerd op: 18 november 2024

Sinds 1 november van dit jaar ben ik gemeenteambtenaar. Het voelt nog gek en ik merk dat ik het ook een paar keer hardop tegen mezelf moet herhalen, maar het is toch echt zo: ik werk tegenwoordig voor een gemeente.

Van directeur corporate strategie bij Eneco, ‘boegbeeld’ energie bij de TU Eindhoven naar bewonersbijeenkomsten in het buurthuis – waarna mijn jas, tas en haar dagenlang naar frituur blijven ruiken. En waar ik wel door heb dat mensen achter mijn rug om weleens fluisteren: “Hoe is ze dáár nou terechtgekomen?”, spookt er in mijn hoofd juist de omgekeerde vraag: “Wil ik hier ooit weer weg?”. Want wil ik ooit weer de vrouw zijn die in 2013 als directeur corporate strategie een adviesbureau liet uitrekenen hoe heel Den Haag op lagetemperatuurwarmte kon binnen twaalf jaar? Hoe naïef was ik toen! En wat had ik weinig kaas gegeten van warmte in de praktijk. 

Heel stiekem werkte ik al langer bij een gemeente. Betaald via een Europese subsidie en ingehuurd als externe ben ik in 2021 gestart als programmamanager van een aardgasvrije wijk. Nou ja: van een wijk waarvoor afgesproken en getekend was dat die zo snel als mogelijk van het aardgas af zou gaan. Lang vóór de Wcw, Wgiw en andere onheilspellende ontwikkelingen in het beleid. Lang vóór de discussie over WIS-subsidies en maatschappelijke kosten van warmtenetten versus elektrificeren. Lang vóór het Rijk de beloftes van het Klimaatakkoord inloste wat betreft de broodnodige middelen die gemeentes moesten helpen mensen aan te nemen en processen in gang te zetten om de verduurzamingsdoelen te verwezenlijken.

In de afgelopen 3,5 jaar is gebleken dat weinig wijken echt uit de startblokken zijn gekomen waardoor ‘mijn project onevenredig veel aandacht trok. We ontvingen koning, keizer en admiraal: komen kijken bij een wijk waar echt wat gebeurt, dat wilden ze allemaal. Als beleidsmakers of politici langskomen bij een project in uitvoering hebben ze liever geen wethouder aan het woord, maar bewoners. Dat vind ik goed, niets is leerzamer dan je beleidsregels in de praktijk toegepast zien worden. Dat ze willen weten of mensen voldoende geïnformeerd zijn, was er voldoende subsidie of steun bij een overstap naar duurzame warmte of isolatie, en dat ze ook vragen hebben over hoe de huurders en eigenaren de verbouwing eigenlijk beleefd hebben.

Denk niet dat de bewoners waar wij met DG’s of ambtenaren van diverse ministeries langs zijn gegaan met pom-poms staan te zwaaien over hoe geweldig zij het hele proces hebben gevonden. Ze vertellen eerlijk over de zaken die ze bezig hebben gehouden: van de heel mooie eikenkast die zij ineens op het balkon in de regen hebben zien staan omdat die in de weg stond van de installateur of over de bittere tranen die ze hebben gelaten toen zij hun appartement na de verbouwing terugvonden onder een dikke laag stof. Of waarbij de goudvissen het niet hadden overleefd omdat er stucwerk in het water was afgebrokkeld.

Een verbouwing is voor niemand fijn, maar meestal krijg je er een mooie keuken of nieuwe badkamer voor terug. Een stel nieuwe leidingen langs het plafond in de gang en een afleverset in plaats van een cv-ketel in de meterkast voelen niet per se als een stap vooruit, je gaat geen vrienden uitnodigen om te komen kijken hoe mooi het allemaal geworden is.

Per toeval kwam ik een keer bij Annie langs; ik moest eigenlijk een map met documenten in haar appartement ophalen. Over Annie wil ik het volgende kwijt: ze is de beheerder van het buurthuis voor ouderen en woont zelf in een huurappartement dat eind 2023 energetisch is opgeknapt. Zij heeft alle andere ouderen uit haar complex tijdens het hele proces van instemming tot uitvoering bij de hand genomen.

Zo heeft ze bijvoorbeeld opgeëist dat er meer hulp zou komen bij het inpakken en verhuizen van dozen op de plekken waar geklust moest worden. Het was simpelweg ondenkbaar dat haar 83-jarige buurvrouw zelf op een ladder zou klimmen om de boekenkast naast de radiator leeg te halen. Maar ze heeft ook met geduld alle vragen beantwoord van de bezoekers van het buurthuis. Bij iedereen op de smartphone een app geïnstalleerd zodat ze hun nieuwe meter kunnen aflezen, de pincodes bewaart ze in een schriftje in haar keukenlade. Ze heeft ons ook om drie inductieplaten gevraagd om tijdens de verbouwing alsnog mensen te helpen aan een warme maaltijd, om meteen van de gelegenheid een deugd te maken door te demonstreren hoe de nieuwe kookplaat eigenlijk gebruikt moest worden.

Annie is van onschatbare waarde geweest in het aardgasvrij worden van haar flatgebouw. Ze schenkt de koffie bij al onze bijeenkomsten en werkbezoeken en dus zou je denken dat ze ondertussen meer weet over woonlastenneutraliteit, splitsingsaktes bij VvE’s en soortenmanagementplannen voor beschermde beestjes dan alle consultants in de branche bij elkaar opgeteld.

Toen ik bij haar over de vloer kwam vroeg zij of ik een rondleiding wilde krijgen. Langs de kookplaat waarvoor haar man een deel van het aanrecht zelf had afgezaagd. Langs de ingenieuze dubbele wand die haar man bij de meterkast heeft gebouwd – hij heet dan ook niet voor niets Harry. En langs de infraroodspiegel in de badkamer, waardoor vocht na het douchen verleden tijd is. “Het enige waar ik niet aan kon wennen is dat HR++-glas in de slaapkamer”, verzuchtte ze. “Ik vond het echt te warm”. Bovendien paste de nieuwe radiator niet naast het grote bed, zei ze terwijl ik haar naar de slaapkamer volgde.

Toen zij de deur opendeed, vielen mij de schellen van de ogen. Ik stond als aan de grond genageld. Zij had de hele ruit uit de balkondeur verwijderd. Letterlijk. Het glas uit de deur was weg en was vervangen door een soort gaas om vogels, vleermuizen en insecten buiten te houden. Weg voor altijd. Een gapend energiegat naar buiten. Van label F naar label B naar label Z.

Sindsdien is het appartement van Annie het sluitstuk van alle werkbezoeken. Zij moet er zelf altijd om grinniken: “Je wil zeker dat wij allemaal weer in mijn slaapkamer gaan eindigen vandaag?” De blik van Kamerleden, klimaatgezanten en ambtenaren als zij die ruimte betreden is er één die ongeloof, fascinatie en lichte wanhoop uitstraalt. Al die moeite voor niets.

Afgelopen zaterdag ging ik zelf op ‘werkbezoek’. Ik had bij nummer 25 in mijn eigen Utrechtse jaren ’30-straat een bord zien hangen voor de nationale duurzame huizenroute en was benieuwd naar de hybride warmtepomp, warmteterugwinning uit de stortbak, ventilatiesysteem en biobased isolatie van muren en dak waar ik op de website over gelezen had. Patrick liet zijn tekeningen zien, vertelde hoe hij op cursus was gegaan, stap voor stap zijn renovatie had gepland en alsmaar op zoek bleef naar manieren om de verduurzaming en het comfort te verhogen. Jaloersmakend eigenlijk. Ik vond de hele soap rondom de installatie van onze negen zonnepanelen al een hele kluif en kreeg €800 terug van de €22.000 investering in het isoleren van de hele eerste verdieping inclusief nieuwe kozijnen. Met je 30%…

Zowel Patrick als Annie bewijzen dat je het qua beleid niet gauw goed kan doen. Wij maken beleid op basis van gebouwschil, bouwjaar en aanwezigheid van een lokale warmtebron. Wij maken startanalyses en rekenen uit wat de behoefte is aan klimaatneutrale energiedragers. Wij wegen het beleid op effectiviteit en doelmatigheid. Wij ramen kosten, rekenen de terugverdientijd uit. Wij spreken over maatschappelijke kosten en baten en rekenen met gemiddelden.

Eén ding heb ik in mijn jaren bij een gemeente wel geleerd: in de warmtetransitie valt er één factor niet te modelleren. En dat is de medemens. Die soms nieuwsgierig is naar de kansen van nieuwe technologie en bijbehorende regelingen. En soms gewoon lekker koel wil kunnen blijven slapen. De medemens is de reden waarom wij meer moeten investeren in kennis delen en de energietransitie beter moeten leren uitleggen. En ook de reden waarom bij het uitbrengen van elk model en ieder rapport een grote bescheidenheid op zijn plaats is.

Ik ben geen voetballiefhebber, maar schaar me toch achter de wijsheid van de voetballegende: Je gaat het pas zien als je het door hebt. Gaan jullie binnenkort ook kijken hoe de medemens de transitie beleeft?

De namen zijn gefingeerd omwille van de privacy.

Deze column werd voorgedragen tijdens de Nacht van de Leefomgeving, in opdracht van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). 

Over de auteur

  • Laetitia Ouillet

    Laetitia Ouillet is senior associate bij eRiskgroup en voorzitter van de landelijke energiecoöperatie de Windvogel. Eerder was ze directeur strategic area energy bij de TU/e en werkte ze als directeur strategie bij Eneco.

Delen op sociale media