Fossiel blijven inzetten in combinatie met CCS is miljarden goedkoper dan streven naar fossielvrij, stelde Publieke Zaken vorige week in een rapport. Daardoor zal Nederland te snel door zijn CO₂-opslagruimte heengaan en het klimaatdoel juist buiten bereik komen, stelt Peter de Jong van Natuur & Milieu in deze respons.
Het onderzoek:
Fossielvrij op termijn miljarden duurder dan CO₂-neutraalAfgelopen week verscheen er een onderzoek van Publieke Zaken Research en Quo Mare naar de kosten van de transitie naar een klimaatneutraal Nederland in 2050. Daarin maakten zij een vergelijking tussen een fossielvrij scenario en een CO₂-neutraal scenario. In het laatste scenario spelen fossiele brandstoffen in combinatie met de opslag van CO₂ (carbon capture and storage, of CCS) nog een flinke rol. Conclusie: fossiel blijven inzetten is miljarden goedkoper dan het stoppen met fossiel.
Econoom Hans van Cleef van Publieke Zaken stelt in een interview met Energeia dat het doel van het onderzoek is om de discussie weer een beetje te draaien naar waar het écht om moet gaan: het tegengaan van mondiale temperatuurstijging. Van Cleef heeft natuurlijk gelijk dat klimaatbeleid gericht moet zijn op het tegengaan van mondiale temperatuurstijging. Het probleem is echter dat zijn studie uitgaat van een CO₂-neutraal scenario waarmee mondiale temperatuurstijging onvoldoende voorkomen kan worden. Door deze verkeerde voorstelling van zaken, bemoeilijkt het juist de discussie die we moeten voeren over klimaatbeleid.
Net-zero een einddoel?
De crux zit hem in het feit dat netto klimaatneutraal in 2050 niet het einddoel kan zijn als we de mondiale temperatuurstijging willen stoppen. Daarvoor zullen we namelijk ook na 2050 CO₂ uit de atmosfeer moeten verwijderen, en dus netto negatieve emissies moeten realiseren. Dit blijkt ook uit alle emissiescenario’s die het IPCC heeft uitgewerkt. Zonder significante negatieve emissies na 2050 is het niet mogelijk om de mondiale temperatuur op een veilig niveau te houden. Hiervoor is CO₂-afvang nodig, en de opslagcapaciteit om dit voor decennia vol te kunnen houden. Bij dit laatste gaat het fout in de studie van Publieke Zaken en Quo Mare.
Het rapport stelt namelijk dat er in het netto klimaatneutrale scenario vanaf 2050 jaarlijks 70 megaton CO₂ opgeslagen wordt onder de grond. Recent heeft PBL in de Trajectverkenning Klimaatneutraal 2050 in beeld gebracht hoe snel de lege gasvelden onder de Nederlandse Noordzee gevuld zijn met CO₂. De lege gasvelden zijn de voornaamste plek waar Nederland grote hoeveelheden CO₂ in de toekomst kan opslaan. Het meest extreme scenario van PBL gaat uit van 50 megaton CCS. In dit scenario zijn de gasvelden na 2050 binnen twintig jaar gevuld.
In het scenario van Publieke Zaken met 70 megaton CCS zal de opslagcapaciteit na 2050 al binnen 10 jaar opgebruikt zijn. Dit maakt het praktisch onmogelijk om de eerder besproken noodzakelijke negatieve emissies te realiseren. Ook zullen de emissies uit landbouw en landgebruik niet langer op deze wijze gecompenseerd kunnen worden en zit Nederland dan met een industriesector die nog steeds afhankelijk is van fossiel, zitten we zonder beschikbare opslagcapaciteit, en staan we op achterstand ten opzichte van (buitenlandse) industrieën die wél fundamenteel de omslag hebben gemaakt.
Om de schaarse opslagcapaciteit beschikbaar te houden voor de benodigde negatieve emissies na 2050, moeten we zoveel mogelijk het gebruik van fossiele brandstoffen uitfaseren.
Kosten
Daarnaast zijn er ook vraagtekens te plaatsen bij de kosten van het fossielvrije scenario. De studie houdt geen rekening met dalende kosten van nieuwe technieken door technologische ontwikkeling en schaalvoordeel. Vooral het fossielvrije scenario is afhankelijk van nieuwe technieken, dus met name dit scenario heeft daar voordeel bij. Resultaten uit het verleden, bijvoorbeeld met wind op zee waar de kosten met 71% zijn gedaald tussen 2013 en 2018, laten zien dat flinke kostenvermindering door schaalvergroting wel degelijk te verwachten is. Ook zijn de kosten van de (klimaat)effecten van fossiele winning niet meegenomen in de studie van Publieke Zaken.
Tot slot is het waarschijnlijk dat de nieuwe energiemix ook de structuur van de Nederlandse economie verandert. Een aantal activiteiten zal mogelijk uit Nederland verdwijnen, terwijl we daar andere activiteiten voor terug krijgen. Simpelweg omdat het wereldwijde speelveld verandert.
Langetermijnprojecties die dit negeren, zoals de studie van Publieke Zaken, hebben dus ook vooral waarde om in te schatten wat de kosten zijn van het bewaren van de status quo, maar geven geen volledig overzicht van wat de transitie daadwerkelijk kost of oplevert.
Afhankelijk blijven van fossiel, zoals het netto klimaatneutraal scenario voorstelt, zorgt ervoor dat Nederland te snel door zijn CO₂-opslagruimte heengaat, innovatie voor groene groei wordt geremd en het klimaatdoel buiten bereik komt. Bovendien komt er bij de winning van fossiele brandstoffen CO₂ vrij die niet wordt opgeslagen.
Uitfaseren
Het is dus noodzakelijk dat we zo snel mogelijk, en in ieder geval voor 2050, fossiel uitfaseren. Goed klimaatbeleid anticipeert op de kostprijs en beschikbaarheid van grondstoffen, duurzame energie, en (opslag)ruimte. De onvermijdelijke wereldwijde herverdeling van activiteiten zal sowieso plaatsvinden. Studies die met onvolledige vergelijkingen aansturen op het behoud van de status quo, helpen niet om het goede debat over de te nemen keuzes te voeren.
Peter de Jong is programmaleider Energiesysteem bij Natuur & Milieu.