Direct naar inhoud

Solar Trendrapport: 4,2 GW zonnestroom in Nederland — artikel bevat een betaalmuur

Dit artikel heeft een betaald toegangsblok, wat betekent dat je een deel van de inhoud pas kunt lezen als je bent ingelogd en een geldig abonnement hebt.

Geplaatst in genre: Geplaatst in sectie:
Geschreven door:
Gepubliceerd: 30 januari 2019

Het geïnstalleerd vermogen zonne-energie is in 2018 met 46% gegroeid tot 4.244 MWp. Dit stelt het Solar Trendrapport 2019 dat deze woensdag is gepubliceerd. Eind 2017 was het vermogen volgens CBS 2.903 MWp. Het cijfer van het Trendrapport is gebaseerd op onderzoek onder fabrikanten van montagesystemen in de Nederlandse markt.

Cijfers over het geïnstalleerd vermogen aan zonnepanelen zijn notoir moeilijk te achterhalen, omdat er geen centraal register bestaat. Grote zonneparken vallen op, maar het blijft gissen naar alle panelen die met name particulieren plaatsen. Registratie in het productie-installatieregister (PIR) van de regionale netbeheerders is vrijwillig; netbeheerders schatten dat 15% tot 25% van alle particuliere panelen niet in het PIR voorkomt.

Eerdere schattingen ongeveer gelijk

De schatting van het Solar Trendrapport 2019 is iets voorzichtiger dan de eerdere schatting begin deze maand van zonspecialist Peter Segaar. Hij stelde tegenover Energeia dat het totaal vermogen eind 2018 waarschijnlijk uitkomt tussen 4,3 GW en 4,5 GW. De laatste dag van 2018 was al gebleken dat zonnestroom de snelst groeiende vorm van hernieuwbare energie was afgelopen jaar.

Het nieuw geïnstalleerde vermogen in 2018 kan nog hoger oplopen dan de 1,3 GW in het vandaag gepubliceerde rapport, zegt Rolf Heynen, directeur Dutch New Energy Research en verantwoordelijk voor de samenstelling van het rapport, bij de presentatie van de cijfers in Bussum deze woensdag. “Ik denk dat de groei uiteindelijk op 1,4 GW kan uitkomen.”

Opvallend afgelopen jaar is de “enorme groei” van zonneparken van commerciële exploitanten, zegt Heynen, vooral dankzij de SDE+ die ook door buitenlandse ontwikkelaars is ontdekt. De groei van deze zakelijke markt kwam in 2018 uit op 90%, aldus Heynen, terwijl de residentiële markt groeide met 21%.

Enorme kostendaling

Achter de groei van zonne-energie in Nederland zit een zeer sterke kostendaling van zonne-energie. Volgens het rapport is de kostprijs van zonne-energie de afgelopen tien jaar met 88% gedaald. Elke verdubbeling van de productie van het aantal zonnepanelen wereldwijd gaat gepaard met een kostendaling van 28,5%.

Deze kostendaling heeft ertoe geleid dat zonnestroom per geproduceerd megawattuur, aldus het rapport, inmiddels goedkoper is dan elektriciteit geproduceerd met gas- of kolencentrales. Het gaat hierbij om de zogeheten levelized cost of energy (LCOE), waarmee verschillende opwekmethoden worden vergeleken. Cijfers van investeringsbank Lazard aangehaald in het rapport komen uit op een LCOE van $42 per MWh voor zon, tegenover $58 voor STEG-centrales en maar liefst $102 voor kolen.

Grootste zonprojecten gerealiseerd in 2018

1. Scaldia (Zeeland) 54,5 MWp

2. Budel (N-B) 44 MWp

3. Adriaanpolder (Z-H) 40 MWp

4. Shell Moerdijk (N-B) 27 MWp

5. Veendam (Gr) 15,5 MWp

6. Andijk (N-H) 15 MWp

7. De Groene Hoek (N-H) 15 MWp

8. Middelburg 14,5 MWp

9. Lange Runde 14,1 MWp

10. Zierikzee 14,1 MWp

(Solar Trendrapport 2019)

Groei zal doorzetten

De kostendaling zorgt er mede voor dat de groei van zonne-energie zal doorzetten in Nederland. Nadat afgelopen jaar de grens van 1 GW nieuw geplaatst vermogen is gepasseerd, is 2 GW per jaar de volgende grens, zegt Heynen. De basis van deze groei is al gelegd gezien de lange reeks projecten die de afgelopen twee jaar al SDE+-subsidie toegewezen heeft gekregen maar nog niet is gerealiseerd. Peter Segaar berekende dit totale ongerealiseerde vermogen onlangs op ruim 6 GW, met andere woorden: meer dan tot dusver in Nederland is geplaatst. Bottleneck is daarmee vooralsnog het Nederlandse elektriciteitsnetwerk dat alle parken moet aansluiten.

De vraag hoe hard de groei daarna zal gaan is afhankelijk van de ontwikkeling van prijs en subsidie. Kosten lijken slechts één richting te kennen: omlaag, al ligt de grootste kostendaling achter ons. Subsidie is afhankelijk van de toekomstige herziene versie van de SDE+, de SDE++ die in 2020 moet ingaan, en van de plannen na 2025, als de subsidiëring van hernieuwbare energie ten einde moet lopen.

Opslag volgende uitdaging

Gezien de tijd- en seizoensgebonden aard van zonne-energie is opslag de volgende uitdaging voor zonne-energie, zeggen meerdere sprekers bij de presentatie van het rapport deze woensdag. Exploitanten van zonneparken moeten er rekening mee houden dat in de toekomst een netbeheerder een zonnepark in de zomer kan afsluiten om het net in balans te houden bij een overschot aan elektriciteit in het zonnige seizoen, zegt Marc van der Linden, CEO van Stedin en voorzitter Netbeheer Nederland.

De enige manier om productiebeperking bij een zonnepark te voorkomen is het vinden van goede opslagtechnieken, zodat zomerzon bewaart blijft voor de winter. “Daar hebben we nu nog geen oplossing voor”, zegt Van der Linden. “Dat gaat wel komen, maar we weten nu nog niet wat die oplossing zal zijn.”

Batterijopslag is een optie die al wel op beperkte schaal wordt toegepast voor kortetermijnopslag, ook bij windparken. Het Trendrapport schetst de enorme prijsdaling van batterijtechnieken de afgelopen jaren, die dezelfde scherpe daling laat zien als de curve van zonnepanelen de afgelopen tien jaar.