Glastuinders hoeven toch niet per 2025 belasting te gaan betalen voor het gas dat ze inkopen en waar ze vervolgens elektriciteit van maken die ze in de eigen bedrijfsvoering gebruiken.
Dat blijkt uit een Nota van Wijziging die staatssecretaris Marnix van Rij heeft ingediend op zijn eerdere voorstel voor een Wet fiscale klimaatmaatregelen glastuinbouw, die op zijn beurt onderdeel is van het Pakket Belastingplan 2024. De staatssecretaris komt daarmee tegemoet aan zorgen die geuit werden in de Tweede Kamer, waaronder door leden van de ChristenUnie die stelden dat “dit soort aanscherpingen zónder handelingsperspectief niet te verteren zijn” door de glastuinders. Het doel van het wetsvoorstel dat op Prinsjesdag naar de Kamer is gestuurd was om het aardgasverbruik door glastuinders voor hun eigen kassen minder aantrekkelijk te maken.
Inputvrijstelling
In de huidige situatie betalen glastuinders met WKK-installaties geen belasting voor het gas dat ze gebruiken in hun WKK-installatie. Om gebruik te kunnen maken van deze inputvrijstelling moet de installatie een elektrisch rendement halen van tenminste 30%. Voor moderne WKK’s is dat geen probleem.
Met de Wet fiscale klimaatmaatregelen glastuinbouw zou echter een deel van deze vrijstelling per 2025 komen te vervallen. Dat is op zich geen nieuw gegeven, want het voornemen maakte al deel uit van het coalitieakkoord van eind 2021.
Eigen consumptie wel belast
Per 2025 zouden glastuinders nog steeds grotendeels gevrijwaard blijven van belasting voor het deel van het gas dat bestemd is voor het produceren van elektriciteit die aan het net geleverd wordt. Maar het gasverbruik dat bestemd was voor elektriciteit die zelf geconsumeerd wordt, zou wél belast gaan worden.
Staatssecretaris Van Rij draait dat nu terug, zij het met een ander argument. Door het voorstel zou het namelijk financieel gunstiger uitpakken om de zelf geproduceerde elektriciteit aan het distributienet te leveren, en dan voor de eigen consumptie elektriciteit van buiten in te kopen. Volgens Van Rij is dit een “onbedoelde prikkel” in het voorstel en met de Nota van Wijziging wil hij die wegnemen.
Gat in begroting
Oplossing is zowel het instellen van een inputvrijstelling voor aan het net geleverde elektriciteit als voor zelf geconsumeerde elektriciteit. Die inputvrijstelling komt echter niet zonder voorwaarden, want vanaf 2025 tot aan 2030 worden er steeds strengere eisen gesteld aan het rendement van de opwekker. In 2030 moet zelfs een rendement van 60% gehaald worden, om voor 100% vrijstelling te krijgen. Daar zullen de meeste WKK’s niet aan kunnen voldoen en zelfs moderne gascentrales halen dat rendement momenteel niet.
Van Rij zit nu wel met een gat in zijn begroting en hij wil dat gat dichten met een strenger ingroeipad en met een hogere CO2-heffing. Om met het ingroeipad te beginnen. Dat gaat in 2030 net zoals in het oude voorstel richting een rendement van 60% (waarbij gerekend wordt met 0,18957 Nm3 aardgas per opgewekte kWh elektriciteit). Maar in plaats in 2025 te beginnen met 0,31658 Nm3/kWh (een rendement van 37%) zal deze waarde na de wijziging 0,2808 Nm3/kWh bedragen, neerkomt op een rendement van ongeveer 41%. Dat betekent dus dat minder efficiënte centrales vanaf 2025 minder vrijstelling hebben en dus meer aan de schatkist moeten afdragen.
De tweede maatregel zal zijn de verhoging van de CO2-heffing. Die zou volgens het ‘oude’ wetsvoorstel beginnen in 2025 met een CO2-prijs van € 1,35 per ton CO2 in 2025 naar € 6,80 per ton CO2 in 2030. Maar die zal nu gaan beginnen op € 8,20 per 2025, doorgroeiend naar € 12,40 in 2030. Het is lastig om precies na te gaan om hoeveel geld het allemaal precies gaat, maar er met tientallen miljoenen euro’s geschoven wordt.
‘Gemengde gevoelens’
In een reactie aan Energeia laat Glastuinbouw Nederland weten de Nota van Wijziging met gemengde gevoelen te ontvangen. “Ja, we zijn blij dat we de inputvrijstelling kunnen houden. Maar we zijn er geen voorstander van dat de dekking gezocht moet worden in een verhoging van de CO2-heffing. Want die raakt alle bedrijven in de glastuinbouw. Ook alle bedrijven die enkel een gasketel hebben en dat zijn er zeker duizend. Die hebben hier in principe niks mee te maken”, zegt Alexander Formsma, beleidsspecialist Energie & Klimaat bij Glastuinbouw Nederland. Ook denkt de branchevereniging dat het helemaal niet nodig is om dekking te vinden voor gederfde inkomsten, want ook met de eerder voorgestelde tarieven – CO2-heffing en ingroeipad afbouw inputvrijstelling- zullen er genoeg inkomsten zijn. “Ik zou graag bij het ministerie wat meer transparantie zien rond alle berekeningen”, aldus Formsma.
Eerder werden ook zorgen geuit over de gevolgen van het totaal afbouwen van de inputvrijstelling voor de grote elektriciteitscentrales die draaien op aardgas en steenkool, in een quickscan van Berenschot. Die zorgen zijn misschien wel of misschien niet terecht, zegt Van Rij, maar daar hoeft de Tweede Kamer zich nu nog niet over te buigen. “Het betreft een ander beleidsvoorstel dan het voorstel van het kabinet in het Pakket Belastingplan 2024. De beleidseffecten die in de studie van Berenschot zijn weergegeven, hebben daarom geen betrekking op het voorliggende wetsvoorstel. Zoals toegelicht in bijlage 25 van de Miljoenennota laat het kabinet de besluitvorming over een afbouwpad voor fossiele regelingen, waaronder de inputvrijstelling voor aardgas bij elektriciteitsproductie, aan een volgend kabinet.”
Op 23 oktober wordt het wetsvoorstel, net als de Wet fiscale klimaatmaatregelen industrie en elektriciteit, besproken in de Tweede Kamercommissie voor Financiën. Twee dagen later staat het op de agenda in een plenair wetgevingsdebat.