Direct naar inhoud

Gratis koffie en dure rapporten

Geplaatst in genre: Geplaatst in sectie:
Geschreven door:
Gepubliceerd: 17 november 2025

Zaterdag twee weken geleden werden we in Utrecht wakker met een mailtje van Vitens: het water zou mogelijk onveilig zijn geworden. Enterokokken, stond in de mail -dat leek me niet een bacterie om naar uit te kijken. Toch hoefden wij ons thuis geen zorgen te maken. Sinds 2023 hebben we in de kelder een voorraad kaarsen, toiletpapier, opwindbare radio’s en flessen mineraalwater aangelegd.

Niet omdat we braaf alle adviezen van de Rijksoverheid nauwkeurig opvolgen, maar omdat ik een man heb die een model heeft gebouwd en beheert met alle elektriciteitscentrales van Europa en die rond eind 2022- toen de helft van de Franse kerncentrales in onderhoud waren – aan de leveringszekerheid ging twijfelen. Eens in de zoveel tijd drinken wij op de bonte avond de voorraad op en koopt hij verse flessen. Ik had me tot deze watergate niet veel bemoeid met onze strategische voorraad, maar ging nu uit interesse toch kijken: zou hij bij ons noodpakket ook aan oploskoffie hebben gedacht?

Want wie mij goed kent, weet dat ik mijn dag niet opgestart krijg zonder een grote kop koffie. Sterker nog, als ik met de zwemploeg in het buitenland in een hotel verblijf, is het eerste wat ik doe alle koffiecupjes bij mijn kamer laten inleveren zodat ik niet tekort kom tijdens een weekend coachen. Ik hoef er zelf niet eens naar te vragen. “Iedereen zijn of haar cupjes inleveren bij kamer 375”, appt bij aankomst routinematig mijn collega-coach Zakaria naar de jonge zwemmers. Hij is in het dagelijks leven psycholoog en heeft mij al vaker verteld dat mijn relatie met koffie alle kenmerken heeft van een verslaving.

Maar anders dan bij alcohol of drugs is deze verslaving uitstekend te combineren met mijn werk. Sterker nog: als je met je enkel diep in de spreekwoordelijke modder van een aardgasvrije wijk staat, dan zijn de uitnodigingen voor koppen koffie niet meer uit je agenda te denken. “We zijn momenteel bezig met een warmteproject in Luddeweer; zou je het zien zitten om je inzichten met mij en mijn collega’s te komen delen? Doen wij dit met een goede kop koffie”. “Wij organiseren binnenkort een klantendag en zoeken een inspirerend verhaal over een échte wijk waar een warmtenet is uitgerold. We hebben geen budget maar bieden je graag een kopje koffie”. “Onze raad van bestuur is op dit moment bezig met een strategische heroriëntatie en wil graag inzichten van buiten naar binnen brengen; ben je in voor een kop koffie?”. “Wij schrijven momenteel een rapport voor de TKI urban energie en willen graag in gesprek met praktijkvoorbeelden zodat wij onszelf- oh nee wacht- ons rapport kunnen verrijken met concrete dilemma’s: wanneer komt een kop koffie voor jou het beste uit?” En ik kan zo nog een tijdje doorgaan. Als ik niet zo druk was met de zojuist genoemde dilemma’s uit de praktijk en inspirerende inzichten zelf opdoen met onoplosbare VvE-zaken of de niet passende financiering van het warmtefonds, zou ik niets anders doen dan overal gratis mijn koffieverslaving bevredigen.

Ik maak weleens een screenshot van deze uitnodigingen en stuur ze aan vrienden die zelf alles weten van spannende dingen als gelijkspanning, groepstransportovereenkomsten of je kunnen vertellen hoe je je aansluitcapaciteit kunt verhuizen, en die deze uitnodigingen uiteraard herkennen. “Stuur je ze daarna ook een factuur?”, luidt dan steevast de vraag. Maar dat doe ik natuurlijk niet. Want hoe decadent en arrogant is het om een paar honderd euro in rekening te brengen om in een chique boardroom een kop goede koffie te komen drinken? Overigens, voordat je een opdrachtnummer van het inkoopplein hebt ontvangen, is sowieso alle facturenlust je vergaan. Oh nee, laat die fooi alstublieft maar zitten.

Maar ergens is het natuurlijk wel gek. De echte kennis van – bijvoorbeeld – de warmtemarkt zit in de hoofden van mensen die de ervaring in levenden lijve hebben opgedaan. Die bij bewonersavonden vragen hebben moeten beantwoorden over waarom de stijging van de gasnettarieven meegeteld wordt bij het bepalen van de maximale prijzen voor warmte in hun “nu eindelijk aardgasvrije woning”. Mensen die bij een ALV van een VvE aan een zaal (waarvan slechts de helft de taal machtig) hebben moeten uitleggen hoe de aanpassing van de splitsingsakte hun rechten en eigendomssituatie zou kunnen raken. Die meegemaakt hebben hoe een avond over de duurzaamheid van de warmte helemaal uit de hand kan lopen door een paar theocratische leiders met een natuurkunde-achtergrond uit Delft van de lichting 1964 iets te lang aan het woord te laten.

Zo vertelde ik bijvoorbeeld afgelopen vrijdag tijdens een ‘kopje koffie-afspraak’ hoe ik mijn meest waardevolle inzicht over communicatie en participatie opdeed tijdens een zoomcall (het was nog in de coronatijd) waarin – na een hele avond vol hoogdravende presentaties over warmte-etiketten en CO₂-rekensommen als er sprake is van aftap in plaats van restwarmte bij een afvalverbrander – een bewoonster in het slotrondje nog vroeg “Ik ben hier al de hele avond naar de heren aan het luisteren en niemand heeft mijn vraag in de chat gezien… als de warmte komt van de afvalcentrale, gaat die dan ook stinken?” Wij vallen huishoudens in deze transitie lastig met nondiscussies waar wij onszelf heel graag heel druk mee bezighoude, maar staan mijlenver van de vragen die in de samenleving echt spelen.

Maar helaas is voor al die kennis dus slechts koffie beschikbaar. Als dezelfde raad van bestuur of TKI een rapport over draagvlak en communicatie wil laten opstellen, moeten ze prijstechnisch de opdracht onderhands meervoudig aanbesteden. En daar wringt dus de schoen. Want voor die rapporten moeten dan weer experts worden geïnterviewd door consultants die zelf op afstand staan van de materie. En dan worden problemen helaas meestal kleiner gemaakt dan ze werkelijk zijn. Want niemand wil een rapport schrijven waarin staat dat ambities toch onhaalbaar blijken te zijn of – nog erger – waaruit zou blijken dat de klant waarvoor je het schrijft hard aan de bak moet om zijn zaken eens op orde te krijgen.

Laetitia Ouillet is columnist voor Energeia. Columnisten hebben de vrijheid hun mening te geven en hoeven zich niet te houden aan de journalistieke regels voor objectiviteit.

En zo ontving ik eind mei een verzoek om mee te werken aan een onderzoek voor het Rijk over de vermeende juridische complexiteit voor verenigingen van eigenaars om mee te doen in de warmtetransitie. “Beste Piet”, mailde ik woest terug. “Om heel eerlijk te zijn ben ik echt in shock dat hier een opdracht voor gegeven is. Wij zijn vanuit ons project al jaren aan het roeien tegen de stroom in en waarschuwen overal en iedereen over de risico’s en beperkingen van VvE’s. Dat hier nog een rapport voor nodig is vind ik onacceptabel: ik had liever gezien dat het geld voor deze opdracht werd omgezet in een donatie aan de Voedselbank”.  

Dit antwoord van mij bleek overigens een goede ijsbreker te zijn, want hij belde mij gelijk op en zo kon ik hem vertellen dat mijn reactie vooral te maken had met mijn angst dat een enorm probleem waar ik elke werkdag mee geconfronteerd word – en die de warmtetransitie in mijn wijk dreigt te doen mislukken – gebagatelliseerd zou worden. Maar ze bagatelliseerden niets en hielden hun feitenkoers vast in een politieke storm. Waarvoor dank én respect.

Toch hoop ik dat deze sector snel een nieuwe manier van kennisdelen vindt: rauwer en directer. Een uitwisselingsvorm waarbij de echte ervaringen boven tafel komen. Maar ook eentje waar elke gratis kop koffie ook een donatie aan de lokale voedselbank oplevert. Want het is absurd dat zoveel maatschappelijk geld verdwijnt in feelgood-rapporten, terwijl de rest naarstig op zoek is naar bestaanszekerheid. Voor mijn part laten jullie voortaan zelfs de koffie uit mijn beloningspakket. Laat ik de keldervoorraad door mijn man zelf aanvullen.  

Deze column is op maandag 10 november door Laetitia Ouillet uitgesproken op de Energeia Energy Day in het Media Plaza van de Jaarbeurs in Utrecht.

Over de auteur

  • Laetitia Ouillet

    Laetitia Ouillet is senior associate bij eRiskgroup en is directeur van het Sustainable Industry Lab. Ouillet was tot juni 2025 voorzitter van de landelijke energiecoöperatie de Windvogel. Eerder was ze directeur strategic area energy bij de TU/e en werkte ze als directeur strategie bij Eneco. Voor Energeia is Ouillet naast columnist het vaste gezicht van […]

Delen op sociale media