Direct naar inhoud

Pseudo-Groningengas eist belangrijke rol op in gasjaar 2018-2019

Geplaatst in genre: Geplaatst in sectie:
Geschreven door:
Gepubliceerd: 15 november 2019

In het gasjaar 2018-2019 is 17,5 miljard kubieke meter aardgas gewonnen uit het Groningenveld, een hoeveelheid die precies overeenkomt met wat was toegestaan bij de temperatuur gedurende die twaalf maanden. Om aan de vraag naar het laagcalorische gas te kunnen voldoen, is 32,4 miljard kubieke meter pseudo-Groningengas geproduceerd.

De sculptuur Gasmolecule of ook wel Het Slochter Molecuul is een vergroting van een molecule van het voornaamste bestanddeel (81,9 %) van aardgas CH4 (methaan) op een plek slechts enkele tientallen meters verwijderd van de locatie, waar in 1959 voor het eerst aardgas werd gevonden, in Kolham (gemeente Slochteren) in de provincie Groningen. Het beeld is geplaatst ter herdenking van het vijftigjarige jubileum van de eerste aardgasvondst in het gasveld van Slochteren. Het is een geschenk aan de gemeente Slochteren van de Nederlandse Aardolie Maatschappij, Gasunie en GasTerra. (Foto: Reyer Boxem/HH)

Dat blijkt uit de eerste jaarrapportage die Gasunie Transport Services (GTS) wettelijk dient uit te brengen ter verantwoording over het afgelopen gasjaar, dat liep van 1 oktober 2018 tot 31 september 2019. Minister Eric Wiebes (Economische Zaken en Klimaat, VVD) maakte de rapportage donderdag publiek.

Verrijking

Verrijking komt eigenlijk neer op het gebruik maken van de bandbreedte die de Wobbe-index biedt. De Wobbe-index is een grootheid die gebruikt wordt om de gassamenstelling te karakteriseren en hangt vooral van de verbrandingswaarde en de dichtheid van het gas af. Puur Groningengas heeft een Wobbe-index van 43,7 Megajoule (MJ) per kubieke meter. Wanneer het gas wordt afgezet binnen Nederland mag dit echter opgerekt worden tot 44,4 MJ per kuub, en voor de export geldt zelfs een maximum van 46,5 MJ per kuub. Hoogcalorisch gas heeft een hoge Wobbe-index, waarbij het importgas de hoogste megajoules per kuub kent. Het hoogcalorische gas dat in Nederlandse kleine velden wordt geproduceerd zit qua Wobbe-index tussen het Groningengas en het importgas in.

Het optimaal verrijken van het aardgas is een manier om de vraag naar Groningengas zo laag mogelijk te houden. Groningengas voor binnenlands verbruik wordt gemengd met kleineveldengas of importgas, zodanig dat de Wobbe-index precies binnen de bandbreedte valt. Wanneer er een keuze is, wordt voor kleineveldengas gekozen. Op deze manier wordt de hoeveelheid Groningengas die nodig is om in de vraag naar laagcalorisch gas te voorzien verder geminimaliseerd. In gasjaar 2018-2019 is 9,4 miljard kuub pseudo-Groningengas geproduceerd door middel van verrijking. 7 miljard kuub hiervan is voor de export gebruikt, terwijl 2,4 miljard kuub naar aangeslotenen op het laagcalorische netwerk is gevloeid.

Voor dit gasjaar werd de het winningsniveau in Groningen door Wiebes bepaald op 19,4 miljard kuub bij normale temperatuur. Bijsluiter was een formule, die is gebaseerd op de ‘temperatuurprofielen’ van de afgelopen dertig jaar, die bepaalt hoeveel gas er meer of minder gewonnen mag worden bij bepaalde weersomstandigheden. Omdat gasjaar 2018-2019 relatief warm was -in een separate publicatie weet de Nederlandse Aardolie Maatschappij te melden dat de afgelopen dertig jaar maar liefst 27 jaren kouder waren dan afgelopen gasjaar- kwam de toegestane productie 1,9 miljard kuub onder de 19,4 miljard uit. Precies deze 17,5 miljard kuub is wat afgelopen gasjaar is opgepompt.

De vraag naar laagcalorisch gas is echter veel groter, en daarom wordt geïmporteerd aardgas geschikt gemaakt voor laagcalorische installaties zoals cv-ketels. GTS doet dit voornamelijk door stikstof bij te mengen, en in mindere mate door laag- en hoogcalorisch gas met elkaar te mengen. Dit laatste wordt verrijking genoemd (zie kader). In gasjaar 2018-2019 is in totaal 32,5 miljard kubieke meter pseudo-Groningengas geproduceerd. Hiervan is 22,9 miljard kuub gemaakt door menging van stikstof met hoogcalorisch gas, en 9,4 miljard kuub door verrijking.

De stikstofinzet is belangrijk voor het uitfaseren van de gasproductie in Groningen, en zal de komende jaren moeten groeien. Behalve de totale capaciteit om stikstof bij te mengen, is daarbij de benuttingsgraad van deze capaciteit ook van belang. Afgelopen gasjaar werd die benuttingsgraad bijvoorbeeld gedrukt in de zomermaanden, onder meer omdat de marktomvang in de warme periode veel kleiner is. Dat kan worden ondervangen door opslagcapaciteit te realiseren, maar in de zomer van 2019 was die onvoldoende om de capaciteit volledig te benutten. Komend gasjaar komt hier volgens GTS verbetering in, omdat de bergingen Norg en Oude Statenzijl gedeeltelijk met pseudo G-gas zullen worden beleverd.

(Bron: NAM)