Aan welke persoon denkt u bij de term ‘Green deal’? Aan Frans Timmermans? Hij presenteerde in 2019 de Europese Green Deal om van Europa het eerste klimaatneutrale continent te maken. Of denkt u aan Alexandria Ocasio-Cortez? Zij presenteerde in de Verenigde Staten de Green New Deal om de energietransitie in de VS te versnellen. Of dacht u aan Mark Rutte en Maxime Verhagen? Waarschijnlijk niet. En toch zou dat niet gek zijn.
Het was kabinet Rutte I dat in 2010 de Green Deal in Nederland introduceerde. De Green Deals, waarvan er tot 2021 meer dan 200 zijn gesloten, waren innovatief omdat elke individuele Green Deal een concreet verduurzamingsinitiatief als vertrekpunt had, waarbij overheid en direct belanghebbenden zich committeerden om knelpunten uit de weg te ruimen.
Daarin waren de Green Deals die door Rutte I werden geïntroduceerd heel anders dan het Energieakkoord van Rutte II en het Klimaatakkoord van Rutte III. Die akkoorden waren veelomvattender en hadden een nationale doelstelling als vertrekpunt. Het Energieakkoord, gesloten in 2013, had als doelstelling om te komen tot 14% hernieuwbare energie in 2020. Het Klimaatakkoord, gesloten in 2019, mikte op zijn beurt op een reductie van de uitstoot van broeikasgassen met 49% in 2030 ten opzichte van 1990.
De Green Deals waren innovatief, maar ook klein bier. In 2019 werd bijvoorbeeld nog een Green Deal gesloten tussen de rijksoverheid en festivalorganisaties om te komen tot circulaire festivals in 2025, waarbij de overheid een faciliterende rol speelt. In datzelfde jaar kwam ook een Green Deal tot stand rondom aquathermie tussen de rijksoverheid en belanghebbende partijen. Nobele initiatieven waarbij samenwerking en informatie-uitwisseling voorop staat, maar veel klimaatwinst zal het onder de streep niet opleveren.
Groot bier
De tijd van klein bier is gezien de stevige doelstellingen voor 2030 en 2050 voorbij. Bij zowel het Energieakkoord als het Klimaatakkoord werd een groot deel van het maatschappelijk middenveld gemobiliseerd om na te denken over de vraag hoe Nederland haar duurzame doelstellingen kan halen. Het antwoord? Groot bier. Om de meest energie-intensieve processen in de industrie te vergroenen zijn nieuwe waardeketens kritiek voor onder andere duurzame productie en distributie van warmte en waterstof, elektrificatie, en de opslag van CO₂. De akkoorden van Rutte II en III hebben veel gedaan om de urgentie te vergroten voor de energietransitie, en bedrijven en overheid op een lijn te krijgen voor wat betreft nut en noodzaak van diepe CO₂-reductie.
Helaas worden deze veelomvattende akkoorden nauwelijks concreet. Het Klimaatakkoord stelt bijvoorbeeld geen harde eisen aan de private partijen die aan tafel zaten, kennen geen duidelijk tijdspad en blijven in de omschrijvingen vaag. Het Klimaatakkoord gaat bijvoorbeeld wel in op nut, noodzaak en ondersteuning van CO₂-afvang en -opslag (CCS) in de industrie, maar de meeste tekst in de CCS-paragraaf wordt gewijd aan het inperken van die ondersteuning om ruimte te laten aan alternatieve technieken.
Het is daarom tijd om de Green Deal van Rutte I flink op te poetsen. Neem voor de Green Deal 2.0 opnieuw concrete projecten als vertrekpunt die schreeuwen om publiek-private samenwerking. Ga voor Green Deals met grote bedrijven en industriële clusters die direct ingrijpen op de bedrijfsprocessen die de meeste broeikasgassen veroorzaken. Deals bovendien die bindend en langjarig zijn, waarbij bedrijven verplicht worden om hun bedrijfsvoering verregaand te verduurzamen en waarbij de overheid zich committeert aan de uitrol van noodzakelijke publieke infrastructuur, zoals hoogspanningtrace’s en pijpleidingen voor waterstof en CO₂. Deals tenslotte die met stevige financiële prikkels beide partijen investeringszekerheid bieden en dwingen om tot actie over te gaan.
Draagvlak
Breed politiek draagvlak lijkt er voor een Green Deal 2.0 wel te zijn. Het goede voorbeeld werd deze week nota bene door Rutte III gegeven met de publicatie van een overeenkomst tussen de overheid en Tata Steel om de staalproductie in IJmuiden te vergroenen. Die lijn moet worden doorgezet. Het CDA zal deze aanpak omarmen, want die partij heeft bedrijfsspecifieke afspraken met grote uitstoters van broeikasgassen als concrete belofte in het verkiezingsprogramma staan. Ook ter linkerzijde liggen mogelijkheden daar GroenLinks al in campagnetijd open stond voor bindende afspraken met grote bedrijven met wederzijdse verplichtingen.
Bovenal zou inzet op Green Deals 2.0 in het volgende regeerakkoord een onderkenning zijn van het feit dat de energietransitie enkel in nauwe constructieve samenwerking kan worden volbracht, en niet door vingerwijzen. Het Energie- en Klimaatakkoord hebben de hoofden rijp gemaakt voor een ambitieuze doelstelling en bovendien een grove routekaart opgeleverd. De nieuwe regering moet het laatste zetje geven om de doelstellingen voor 2030 en 2050 ook daadwerkelijk te halen. Niet door nog eens te gaan voor een omvangrijk en alles omvattend akkoord, maar voor de genadeloze effectiviteit van bindende, concrete, en afdwingbare Green Deals 2.0.