In de laatste ronde van de SDE+ afgelopen voorjaar is voor €3,3 mrd aan beschikkingen afgegeven, terwijl er budget beschikbaar was voor €4 mrd. Het leeuwendeel van de beschikkingen is voor zonne-energieprojecten. Dat meldt minister Wiebes deze dinsdag in een Kamerbrief, waarin tegelijkertijd enkele wijzigingen in de SDE++ zijn opgenomen.
In de voorjaarsronde SDE+ 2020 was een verplichtingenbudget beschikbaar van €4 mrd – op veler verzoek een verdubbeling van het budget op het laatste moment. In totaal kwamen 7.562 aanvragen binnen met een gezamenlijke budgetclaim van €4,1 mrd. Daarvan zijn 550 projecten afgewezen of ingetrokken door de indiener.
Dat laatste gebeurde deels omdat de afhandeling van de najaarsronde 2019 nog niet klaar was toen de voorjaarsronde werd opengesteld, aldus minister Eric Wiebes (Economische Zaken en Klimaat, VVD). Sommige initiatiefnemers deden daarom voor de zekerheid een tweede aanvraag in de voorjaarsronde, maar kregen later alsnog een positief besluit uit de najaarsronde. De 7.012 positief beschikte projecten claimen een budget van ongeveer €3,3 mrd. Dit geld zal worden uitbetaald gedurende een looptijd van ruwweg vijftien jaar, mits projecten ook werkelijk worden gerealiseerd.
Zonne-energie heeft, zoals de laatste jaren gebruikelijk, de grootste budgetclaim met €2,1 mrd (zie overzicht hieronder). Wiebes maakt in zijn Kamerbrief geen onderscheid tussen verschillende vormen van zonprojecten, zoals zonneweides of zon op dak, waarover de laatste tijd veel discussie is. Ook de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), dat de aanvragen beoordeelt en de subsidieregeling uitvoert, kan desgevraagd nog geen uitgesplitste cijfers geven, anders dan de cijfers die de minister aan de Tweede Kamer heeft gestuurd.
SDE++ wacht nog op Europese instemming
Openstelling van de eerste ronde van de vernieuwde SDE++ staat nog steeds op de rol voor 24 november. Wel wacht de minister nog steeds op goedkeuring van de Europese Commissie omdat het hier gaat om staatssteun aan bedrijven en de vormgeving is gewijzigd ten opzichte van de voorgaande SDE+-regeling. Destijds ging het om de goedkoopst mogelijke productie van hernieuwbare energie, nu gaat het om de goedkoopst mogelijke techniek voor het vermijden van CO₂-uitstoot, waardoor ook elektrificatie van processen of de afvang en opslag van CO₂ in aanmerking komen. Discussies met de Europese Commissie hebben al geleid tot kleine wijzigingen in de categorieën elektrische boiler en productie van waterstof door elektrolyse, meldt Wiebes. De minister verwacht wel dat de definitieve goedkeuring door de EC “ruim voor de start van de komende openstellingronde” komt.
