Direct naar inhoud

Gebruik vluchtstrook op elektriciteitssnelwegen vanaf januari van kracht — artikel bevat een betaalmuur

Dit artikel heeft een betaald toegangsblok, wat betekent dat je een deel van de inhoud pas kunt lezen als je bent ingelogd en een geldig abonnement hebt.

Geplaatst in genre: Geplaatst in sectie:
Geschreven door:
Gepubliceerd: 15 december 2020

Het ministeriële besluit waarmee wordt geregeld dat de vluchtstrook van het hoogspanningsnet gebruikt mag worden, is officieel gepubliceerd. De vrijstelling, die per 1 januari 2021 van kracht wordt, creëert meer ruimte op het net voor duurzame opwek zonder de betaalbaarheid van de oplossing of de betrouwbaarheid van het net uit het oog te verliezen, meent minister Wiebes.

Het besluit, dat begin deze maand is genomen en woensdag in het Staatsblad is gepubliceerd, bevat een aantal vrijstellingen van wettelijke normen voor netten met een spanningsniveau van 110 kV of hoger (met uitzondering van het net op zee). Met name werd uitgekeken naar de zogenoemde vluchtstrook of spitsstrook, die een ontheffing betekent van de bestaande wettelijke norm die bekend staat als de enkelvoudige storingsreserve of het n-1 principe. Kort gezegd betekent die norm dat voor elk netwerkelement er een reserve-onderdeel of een omleidingsroute beschikbaar moet zijn.

De huidige problematiek met de netcapaciteit, die de groei van de vraag om aansluiting door met name zonneweides niet kan bijbenen, maakt aanpassing van deze norm nodig. Uit de toelichting: “Met een beperkte aanpassing van de norm voor bepaalde onderdelen van het net wat betreft het transport van opgewekte elektriciteit, kan op korte termijn meer transportcapaciteit vrij worden gemaakt en meer duurzaam opgewekte elektriciteit worden aangesloten […]. Deze vergroting van de transportcapaciteit is hard nodig om de doelstellingen voor hernieuwbare elektriciteit te halen en de energietransitie een impuls te geven.”

Hoogspanningsmasten van Tennet. (Foto: Tennet)

Er wordt al lang gepraat over de inzet van de vluchtstrook. In juni 2019 kondigde minister Eric Wiebes (Economische Zaken en Klimaat, VVD) de vrijstelling van deze norm in specifieke gevallen aan, en in december van dat jaar publiceerde hij het conceptbesluit dat toen ter inzage is gelegd. Mede door de corona-pandemie die in het voorjaar van 2020 de kop op stok, ontstond toen vertraging, waardoor invoering dit jaar niet meer lukte. De vraag of 1 januari 2021 dan wel haalbaar zou zijn, is met de publicatie van het ministeriële besluit beantwoord.

Het besluit ziet niet alleen op invoering van regels omtrent het gebruik van de vluchtstrook. De vrijstellingen hebben betrekking op specifieke netelementen, zoals de transformatoren, de railsystemen en circuits. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt tussen onderhoudssituaties en de reguliere operationele modus. Ook wordt in het besluit onderscheid gemaakt tussen verbruik en productie, vooral omdat “de nadelige gevolgen en de maatschappelijke impact van een onderbreking van transport aanzienlijk groter zijn voor verbruikers”.

Jongleren met drie ballen

Het besluit is een oefening in het jongleren van drie ballen: duurzaamheid, betaalbaarheid en betrouwbaarheid. Wiebes meent dat ook die laatste bal voldoende hoog wordt gehouden, zo stelt hij in de toelichting. De betrouwbaarheid van het net wordt door het besluit niet materieel geschaad. De betrouwbaarheid van het hoogspanningsnet wordt bovendien gemonitord. “Daarnaast zal een evaluatie van het besluit worden gestart één jaar na inwerkingtreding. Dit om de uitwerking van het besluit op de betrouwbaarheid van het net goed in beeld te krijgen”, aldus Wiebes.

Branchevereniging voor zakelijk energiegebruikers VEMW is overigens niet zo zeker of de betrouwbaarheid niet materieel wordt geschaad. Een dag voordat Koning Willem-Alexander zijn officiële goedkeuring aan het besluit gaf, publiceerde VEMW de resultaten van een ledenraadpleging. “De enquête laat zien dat een groot deel van de leden zich zorgen maakt over leveringszekerheid, of zorgelijke ontwikkelingen ziet.” Specifiek genoemd is de vrijstelling van de enkelvoudige storingsreserve.

VEMW heeft overigens mee kunnen praten over de inhoud van het besluit. Een werkgroep, bestaande uit VEMW, Tennet, het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en de Autoriteit Consument & Markt, heeft “verkend welke uitvalsituaties voor een vrijstelling in aanmerking zouden moeten komen en welke begrenzingen daarbij passend zijn, met het oog op de betrouwbaarheid van het net en maatschappelijke doelmatigheid”. Hoewel de werkgroep “in grote mate overeenstemming” heeft bereikt over de vrijstellingen, lukte dit niet over alle situaties. Nader onderzoek door D-Cision, bestaande uit een maatschappelijke kosten/baten-analyse, is voor die gevallen als basis gebruikt om tot een besluit te komen.

Uit de consultatieronde van begin dit jaar kwam naar voren dat enkele partijen bang zijn dat de ontheffingen ertoe zullen leiden dat netbeheerders minder in het net zullen investeren. Die vrees deelt Wiebes niet: investeren in de netten blijft ook met deze vrijstellingen nodig. “Netbeheerders geven in hun investeringsplannen een overzicht van geplande en voorgenomen investeringen. Deze plannen worden voor consultatie gepubliceerd. Dit geeft partijen ook de gelegenheid om hun zorgen bij de netbeheerders concreet te maken.”