De uitbraak van het coronavirus en vooral de maatregelen ter bestrijding daarvan hebben een groot effect op bedrijven. Hoe gaan zij daar in de dagelijkse praktijk mee om? En wat zijn de effecten op de langere termijn? Het vierde deel uit een serie over de gevolgen van de crisis voor de energiesector: warmtebedrijf Eteck.
In 1895 vertrok Arie van Eck vanuit Heukelom in Noord-Brabant richting Den Haag. Met een lening van ƒ5.000 begon hij samen met zijn broer Willem het sloopbedrijf: gebr. W. & A. Van Eck Sloopers. Deze maand bestaat het familiebedrijf 125 jaar, maar een sloopbedrijf is het al lang niet meer, vertelt achterkleinzoon en huidig eigenaar Jaap van Eck. Zijn grootvader en vader transformeerden het bedrijf van sloper naar aannemingsbedrijf en uiteindelijk naar boor- en bemalingsbedrijf.
45.000 aansluitingen
Onder leiding van Jaap van Eck werden uiteindelijk in 2009 alle traditionele activiteiten afgestoten om te kunnen focussen op warmtekoudeopslagen (WKO’s). WKO’s in de gebouwde omgeving worden vaak ontwikkeld om bedrijfspanden of woningblokken met een aantal huizen te verwarmen en te koelen. Ten opzichte van warmtenetten in Amsterdam en Den Haag en hun eigenaren, de warmtebedrijven Eneco en Vattenfall, is Eteck klein. In de WKO-markt is het bedrijf dan weer één van de grotere spelers. Het groeide van 2.000 aansluitingen in 2011 naar bijna 45.000 dit jaar, wat mede komt door de overname van een aantal al bestaande WKO-projecten van onder meer Eneco.
We groeien hard, zegt Van Eck, die al de hele week bezig is met het incalculeren van risico’s en kansen voor zijn bedrijf nu de maatregelen tegen het coronavirus ook de economie raken. “Risico is dat projecten vertraging oplopen. En ik verwacht dat een aantal WKO-projecten waarover wij in gesprek waren niet door zal gaan, omdat de externe partijen toch even willen wachten. Voor 2020 hadden we zo’n 40 tot 45 projecten, er zullen er wel wat wegvallen.”
Bedrijf in coronatijd
Lees hier de andere artikelen uit de serie ‘Bedrijf in coronatijd’:
Tennet: ‘Als je projecten stil gaat leggen, kun je eigenlijk niet meer terug’
Van Eck maakt zich desalniettemin niet heel veel zorgen. “Ik ben nu 25 jaar aandeelhouder van het bedrijf en ik heb daarin al het nodige meegemaakt. Tijdens de vorige economische crisis stonden we er slechter voor. We hebben nu een stabielere basis, omdat we andere bedrijfsunits hebben afgestoten en ons op duurzame warmte focussen.”
350 warmtepompen
Op het moment van het interview met Energeia is Jaap van Eck samen met zijn operationeel manager Rard Rijcken. De mannen hebben na het gesprek een videoconferentie met een partij die ze willen aantrekken om te gaan samenwerken. Eigenlijk hadden Rijcken en van Eck zich die woensdag klaar moeten maken voor een groot jubileumfeest ter ere van het 125-jarig bestaan. “Dat zit er even niet in”, aldus Van Eck.
Rijcken is belast met het dagelijks aansturen van de WKO-projecten op locatie. Hij is de afgelopen weken druk geweest met het kunnen laten doorgaan van veel van de werkzaamheden en het verzinnen van een scenario voor als er een totale lockdown afgekondigd wordt. “Sommige van onze projecten hebben we overgenomen van een andere partij en soms functioneren die installaties niet goed. Zo is er één project waar 350 warmtepompen vervangen moeten worden en dat willen we voor het stookseizoen geregeld hebben, anders zitten die mensen in de winter in de kou. De pompen zijn besteld en worden geleverd, maar vanwege de coronacrisis is het de vraag wanneer we de oude warmtepompen bij mensen thuis gaan vervangen. Als de maatregelen lang standhouden, dan moeten we daar wat op bedenken.”
Lijst vitale processen
Rijcken maakt zich kwaad over de lijst met vitale processen die de overheid heeft opgesteld. Hierop staan bedrijfstakken die onder alle omstandigheden moeten blijven doorgaan. Warmtebedrijven, maar ook elektriciteitsproductie, staan daar niet op, en omdat de lijst al is goedgekeurd door de Tweede Kamer, is het bureaucratisch gezien lastig om de warmtesector alsnog op die lijst te plaatsen. “Voor nu betekent het dat onze medewerkers hun kinderen niet naar de opvang kunnen brengen. Wij kunnen samen met onze installatiepartners verplichtingen nu wel nakomen, maar bij een algehele lockdown wordt het een ander verhaal.” Energie Nederland heeft laten weten aan Energeia in overleg te zijn over deze kwestie met het ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
Van Eck: “Ik vind dit ook een interessante tijd en uitdagende periode. Het zet je organisatie onder druk, maar daardoor zorg je dat processen strakker neer worden gezet. Het zorgt ook voor realiteitszin in het aardgasvrij maken van woningen. Mensen hebben op dit moment wel wat anders aan hun hoofd dan duurzaamheid. Ik denk dat als er vertraging optreedt in het gasloos maken van wijken in Nederland er meer tijd is om draagvlak te creëren voor duurzame oplossingen. Dat kan een kans voor ons zijn.”